Een ritje naar de tandartsenpost

tandartsenpost

Terwijl ik de bedden aan het verschonen was, waren de kinderen op Elena’s kamer aan het spelen. Opeens hoorde ik *boem* en vervolgens begon Lenn te huilen. Nomi gilde ‘Mama er komt heel veel bloed uit zijn mond!’ Ik keek en ja hoor; een tand door zijn lip. Na een paar tranen, een nat doekje erop en een dikke knuffel ging het wel weer.

‘Misschien heb je wel een wiebeltand’

Even later zei Nomi tegen Lenn: ‘Misschien heb je nu wel een wiebeltand‘. Lenns reactie was ‘Nee joh Nomi, ik zit toch nog maar op de peuterspeelzaal, dat weet je toch wel?’. Volgens hem krijg je pas een wiebeltand als je op de basisschool zit.

Vlak daarna gingen we eten. We aten tortilla’s en Lenn zei dat het pijn deed om het af te happen. Hij had inmiddels een dikke lip en het zag er heel zielig uit, maar op dat moment zag ik nog geen reden om de tandartsenpost of de huisartsenpost te bellen.

Na het eten brachten we de kinderen naar bed en Nomi en Lenn wilden bij elkaar slapen. Na een tijdje riep Nomi ‘Lenns tand zit echt los!’ Ik ging naar boven en ja hoor, de tand waarop hij was gevallen zat inderdaad een beetje los. Het was 8 uur ’s avonds en ik dacht, we kijken morgen wel weer even verder.

Toch maar even de tandarts bellen

Ik wist niet zo goed wat ik ermee moest, dus ik besloot de tandarts te bellen voor advies. De assistente zei dat het verstandig was om toch even langs te komen, dus dat deden we. Aan het einde van de ochtend reed ik met Lenn naar de tandartsenpost.

Bij de tandartsenpost

Met al het corona gedoe is alles een beetje anders, zo ook een bezoekje aan de tandartsenpost. Aan de telefoon werd me al gevraagd of we klachten hadden. Vervolgens stelde de assistente in de tandartsenpraktijk weer een heleboel vragen over corona en toen ik overal ‘nee’ op had geantwoord, mochten we onze handen desinfecteren en vervolgens mochten we wachten in de wachtkamer. We waren een beetje vroeg, maar er was maar één ander persoon in de wachtkamer, dus ik dacht dat het niet zo lang zou duren.

Dat had ik dus even mis. Tien minuutjes voordat wij aan de beurt waren, was die andere persoon aan de beurt. Er moest blijkbaar behoorlijk wat gebeuren, want de afspraak duurde bijna een uur. Inmiddels was Lenn behoorlijk vervelend en hij was inmiddels in staat om het kamertje binnen te lopen om te vragen hoe lang het nog zou gaan duren. Dat leek me geen goed plan, maar ik was ook wel klaar met het wachten.

De afspraak

Maar goed, uiteindelijk waren we toch echt aan de beurt. Lenn mocht in de stoel klimmen en de tandarts keek even naar zijn tanden. De tand bleek inderdaad los te zitten en ze vond zijn tandvlees wel erg blauw. ‘Kan hij wel eten?’, vroeg ze. Ze vond het er wel erg pijnlijk uitzien allemaal. Lenn is best een bikkel en at gewoon, maar het zag er inderdaad erg zielig uit.

Vervolgens moest er even een foto gemaakt worden om te kijken of er verder geen beschadigingen waren. Lenn moest zelf een dingetje in zijn mond vasthouden en toen werd de foto gemaakt. Op de foto was te zien dat alles nog heel is. We konden ook meteen zien dat zijn blijvende tanden er goed uitzien. Ook fijn om te weten!

We kregen als advies om hem afgelopen weekend even geen harde dingen te laten eten. Verder moeten we de tand in de gaten houden en als hij losser gaat zitten, moeten we de tandarts bellen. Dan gaan ze de tand vastmaken aan de andere tanden, omdat het niet de bedoeling is dat Lenn nu al een boventand mist.

En verder

Over 2 a 3 maanden moeten we weer naar de tandarts en dan wordt er gekeken of de tand weer vast is gegroeid of dat hij toch te los zit. De tandarts waar we afgelopen weekend waren, denkt dat de tand wel weer vast gaat zitten. Daar hopen we dus maar op. Verder is deze tand nu wel wat minder sterk en de kans dat hij hem wat eerder verliest dan normaal, is wel wat groter. Maar ach, het is een melktand, dus dat is ook niet meteen het einde van de wereld.

Lenns versie van het verhaal

Lenn vond het allemaal hartstikke interessant en hij vertelt het aan iedereen. Zijn versie van het verhaal is dat hij op Nomi’s rug zat en toen Nomi heel vervelend deed, viel hij eraf. Volgens Nomi waren ze ‘gewoon’ paardje aan het spelen. ‘Toen moest ik heel hard huilen en had ik héél veel bloed. Er zat allemaal bloed op mijn kleren en op mijn gezicht. Mama moest alles schoonmaken met een doekje. Toen was mijn tand los en mama ging met mij naar de tandarts. Toen moest ik een papiertje in mijn mond en toen gingen ze een foto maken met een lampje. De tandarts kon mijn grote mensen tanden al zien, maar die zitten nu nog verstopt. Toen mocht ik weer naar huis, maar ik mag geen appel eten’.

Nou ja, uiteindelijk is het dus meegevallen. We zijn weer een ervaring rijker en ach, en met zo’n onbenul als Lenn verbaast het me eigenlijk dat we niet vaker naar de huisartsen- of tandartsenpost moeten!

Een gedachte over “Een ritje naar de tandartsenpost

  1. M0n13k schreef:

    Och arme Lenn! Hopelijk groeit zijn tand weer netjes vast en blijft ie nog een tijdje zitten waar hij zit. Wel fijn dat zijn blijvende tanden geen schade hebben opgelopen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.